Overgewicht en obesitas

Ongeveer 57% van de paarden in Nederland heeft meer of mindere mate van overgewicht, waarvan een klein deel echt obese is. Wanneer is er sprake van obesitas? Dat ligt niet 1 op 1 met de body condition score (BCS), maar heeft met het vetpercentage te maken. Bij een vetpercentage vanaf 20% wordt van obesitas gesproken. Wel geldt dat hoe hoger de BCS, hoe groter de kans dat het paard obese is.

Regionale vetophopingen, welke met de BCS ook beoordeeld worden, zeggen met name iets over het risico op belangrijke metabole aandoeningen. Een paard kan uiteraard ook veel vet in de buikholte tussen de organen hebben. Om die reden combineren we de BCS altijd met een meting van de buikomvang.

Oorzaken en gevolgen

De oorzaken van obesitas zijn meestal multipel: een grotere energieopname dan energieverbruik, te weinig of onregelmatige beweging en daarnaast is er nog een ras predispositie waardoor sommige paarden makkelijker te dik worden dan andere paarden.

Vetweefsel is metabool actief, waardoor het op allerlei lichaamssystemen effect heeft. Een beetje vetweefsel is normaal, maar bij obesitas leidt de hoeveelheid en het type vetweefsel tot een ‘pro-inflammatoire status’ van het lijf (m.a.w. een algemene ontstekingstoestand).

Obesitas brengt hierdoor risico’s met zich mee. Zo is er een verhoogd risico op insuline resistentie/-disregulatie, hoefbevangenheid, arbeidsintolerantie, een verlaagde vruchtbaarheid, koliek door gesteeld lipoom, grotere belasting op gewrichten, banden en pezen en een verhoogd anesthesie risico. Let op: enkele van deze risico’s zijn daadwerkelijk levensbedreigend.

Vetweefsel is metabool actief, waardoor het op allerlei lichaamssystemen effect heeft.

Wat doen we er aan?

Om obesitas tegen te gaan moet allereerst de oorzaak aangepakt worden. Dat betekend in de meeste gevallen dat het dieet aangepast moet worden en het paard meer moet gaan bewegen.

Voor de voeding zullen wij u een plan voorstellen zodat u precies weet hoe u het best uw paard kunt laten afvallen zonder dat het lijf tekorten oploopt.

Beweging zet het lichaam aan tot metabole activiteit. Dat betekend dat de insuline receptoren verbeteren, zodat de insuline problematiek en het risico op hoefbevangenheid weer afneemt.

Dat betekend dat zélfs wanneer het paard niet veel van extra beweging lijkt af te vallen, de risico’s van obesitas wél verminderen.

In geval van arbeidsintolerantie heeft het paard meer moeite met beweging en kan het dus best moeite kosten om het paard te activeren. Laat dit de motivatie echter niet drukken. Houd het eind doel in ogen! Het wordt vanzelf makkelijker naar mate het paard afvalt.

De voeding

Samen zullen we het huidige dieet in kaart brengen en kijken of er bepaalde dingen zijn waar we in ons advies rekening mee moeten houden (bijvoorbeeld voertijden, of het paard alleen staat of samen, etc.)

In sommige gevallen kan het zijn dat een paard al erg weinig brok of ander krachtvoer krijgt, maar is het hooi of kuilvoer bijvoorbeeld te rijk waardoor het paard te dik blijft. Om deze reden is het altijd slim om een ruwvoer analyse te laten doen. Dit kan bijvoorbeeld via Pavo of Eurofins-agro Equifeed (zie verderop). Een analyse zorgt er voor dat we weten hoeveel ruwvoer het paard mag hebben zonder het afvallen tegen te gaan. Ook kunnen we van hier uit de rest van het dieet en de arbeid op het paard afstemmen.

Indien de uitgangssituatie is dat een paard naast het ruwvoer weinig brok of ander krachtvoer krijgt, dan kan het zijn dat het paard wat tekorten in de mineralen en sporenelementen opgelopen heeft. Paardenvoer heeft een bepaalde samenstelling die niet alleen bedoeld is om het paard energie te geven, maar vooral ook om bestaande tekorten in het ruwvoer aan te vullen. Elke fabrikant/merk gaat uit van een bepaalde basis ruwvoer en hoe dat aangevuld moet worden. Krachtvoer gaat dus altijd gepaard met een bepaald voeradvies van de fabrikant die op de verpakking vermeld staat (bijvoorbeeld ‘geef een paard van 500kg ongeveer 2kg van dit voer per dag’). Krijgt het paard minder dan wat op de voerzak geadviseerd staat (bijvoorbeeld omdat het paard anders te dik wordt) dan krijgt het paard niet alleen minder energie binnen, maar natuurlijk ook minder eiwit, mineralen, spoorelementen en vitaminen. Zo kan een paard tekorten oplopen. Beter kan dan voor een ander type voer/supplement gekozen worden om tekorten in het ruwvoer adequaat aan te vullen zónder overbodige energie toe te voegen.

Er bestaan vele soorten supplementen, maar helaas kan het niet zijn dat ze toevallig allemaal precies bevatten jouw paard nodig heeft. Welk supplement geeft jouw paard wat hij/zij nodig heeft? Een rantsoenberekening door onze voedingsconsulent geeft de oplossing.

Werken met de ruwvoer analyse

Voor een paard dat af moet vallen zal het ruwvoer bijna 100% van het dieet gaan vormen (aangevuld met een vitamine-mineralen preparaat). Je kunt je voorstellen hoe belangrijk het is om te weten wat er dan in dat ruwvoer zit! Veel suiker? Eiwit? Energie?

Indien het ruwvoer erg rijk is kan beter gekozen worden voor een ander ruwvoer, of als dat niet kan dan zal het ruwvoer in water geweekt moeten worden. Door het ruwvoer in water te weken verliest het langzaam zijn water oplosbare suikers zoals fructaan, sucrose, glucose en fructose. Hiervoor moet het wel volledig ondergedompeld worden. Hoe lang het ruwvoer geweekt moet worden kunnen we aan de hand van de ruwvoer analyse bepalen. Let op: door het ruwvoer te weken kunnen ook eiwitten en mineralen verloren gaan. Dit betekend dat er goed nagedacht moet worden over hoe het ruwvoer aangevuld moet worden om aan de voedingsbehoefte van het paard te voldoen (dit is onderdeel van het dieet advies). Zo zorgen we er voor dat het paard voornamelijk vet kwijt raakt i.p.v. spier massa, en dat het paard geen last gaat krijgen van een verminderde weerstand of andere ‘kwaaltjes’. Indien het ruwvoer erg arm is, kan het zijn dat er ook te weinig eiwitten, mineralen, spoorelementen en vitaminen in zitten. In dat geval is het ruwvoer geschikt qua energie of suiker niveau, maar moet er weer goed gekeken worden naar hoe het ruwvoer aangevuld moet worden om het paard tijdens het afvallen gezond te houden (dit is onderdeel van het dieet advies).

De verschillende ruwvoer analyses

Pavo biedt de Ruwvoer Quickscan en de Ruwvoer Quickscan Plus aan. De Quickscan geeft het droge stof gehalte en een benadering van de energiewaarde, het eiwitgehalte en het suikergehalte. Je krijgt dus geen heel exacte waarde voor energie, suiker en eiwit. De Quickscan Plus geeft daarnaast ook de gehaltes van enkele mineralen en spoorelementen. Selenium wordt niet bepaald.

Het voordeel van de Pavo Quickscan is dat je voor een laag bedrag toch een screening kunt doen van het ruwvoer. Je weet dan dus of er weinig, middelmatig of veel van iets in zit en of het dus geschikt zou kunnen zijn voor uw paard. De Quickscan Plus geeft ons de mogelijkheid om beter te berekenen welk supplement geschikt is als aanvulling van het ruwvoer.

De Equifeed basis analyse geeft een exacte uitslag over belangrijke voedingswaarden zoals energie, eiwit, suiker, structuur en verteerbaarheid. De Equifeed Excellent analyse geeft ook de gehaltes van de belangrijke mineralen en spoorelementen, inclusief selenium. Bij hooi wordt ook het fructaan gehalte getest (bij voordroog kuil of kuil niet, wat in de prijs verrekend wordt).

De Equifeed analyses geven dus betere informatie over het ruwvoer, maar zijn daardoor iets duurder. Voor een rantsoen analyse gaat de voorkeur zeker uit naar een Equifeed analyse.

Voor zowel Pavo als Equifeed kunt u zelf een monster opsturen, of u kunt ons vragen hierbij te helpen.

Lees ook ons artikel over de Body Conditie Score op onze website.

Afbeelding 1: De gevolgen van een gesteeld lipoom ten gevolge van obesitas. Het roze deel is gezonde darm, het rode deel is afstervende darm.

Een gesteeld lipoom is een soort vet-tumor in de darmen. Deze tumor (een zware klomp vetweefsel) hangt aan een dun steeltje.

Tijdens de bewegingen van het paard kan deze bal vet om een darm heen geslingerd worden, waardoor het draadje waar deze bal aan hangt de darm totaal afsnoert. Hierdoor krijgt dit deel van de darm geen bloedtoevoer meer en kan de darm inhoud er niet meer langs.

Dit geeft heftige koliek. Door de afsnoering van de bloedtoevoer gaat dit darmdeel langzaam afsterven. Deze vorm van koliek kan alleen chirurgisch gecorrigeerd worden, waarbij het gesteelde lipoom en het aangedane darmdeel verwijderd moet worden. De kans op herstel hangt af van de ernst van de beschadigingen en is in een gunstig geval 50-50. Is het paard nog te redden, dan kost dit hoe dan ook duizenden euro’s en een lange herstel periode.

Download hier bovenstaande informatie in pdf

Dierenartsenpraktijk Voorthuizen, Uddel en Garderen

Adres

Evertsenlaan 18

3781 TB Voorthuizen
0342-471316

© Dierenartsenpraktijk V.U.G.  | Ontwikkeld door Ikabus