Body conditie score & gewicht

Net als bij mensen kunnen ondergewicht en overgewicht bij je paard serieuze gevolgen hebben voor de gezondheid. Ook kunnen ondergewicht en overgewicht juist veroorzaakt worden door onderliggende gezondheidsproblemen.Hoe dan ook, een paard met goede conditie heeft een voldoende hoeveelheid spiermassa, niet te veel vet, en komt geen nutriënten tekort die nodig zijn voor een goede immuunfunctie en gezonde cellen.

Onderzoek (en onze ervaring) wijst uit dat de meeste eigenaren de mate van overgewicht bij hun paard onderschatten. Ook zien eigenaren het risico en de ernst van overgewicht niet altijd in.

Vaak is overgewicht het gevolg van te veel energie voeren (te rijk of te veel ruwvoer of brok) ten opzichte van de hoeveelheid arbeid dat het paard te doen krijgt. Zo bestaan er enkele misverstanden, bijvoorbeeld dat een paard te allen tijde moet kunnen eten. Ook in de natuur is dit zeker niet het geval, zolang een pauze niet te lang duurt. Bovendien krijgt een paard in de natuur relatief arm ruwvoer te eten, waardoor overgewicht minder snel ontstaat.

Ook wordt wel eens gedacht dat een paard altijd basisbrok zou moeten krijgen. De meeste paarden die licht gereden worden hebben genoeg aan voldoende ruwvoer en een vitamine-mineralen brokje (zie ons artikel over supplementen op de website).

Ook wordt de arbeid die een paard levert vaak overschat. Een paard is nou eenmaal een geboren atleet, wat inhoud dat een uur stappen en draven met 2 minuten galop er bij nog steeds onder ‘lichte arbeid’ valt. (Zo kan het voor een eigenaar, die net een hele dag gewerkt heeft en dan óók nog boodschappen moet doen en koken en dán nog zijn paard moet verzorgen en rijden ’s avonds, als een grote inspanning aanvoelen terwijl het paard net juist de hele dag heeft staan lantefanteren.)

Ondergewicht komt ook voor:

  • mogelijk wanneer het ruwvoer van matige kwaliteit is
  • wanneer het voer te weinig eiwit bouwstenen of energie bevat voor het werk dat het paard moet leveren
  • bij paarden die stressgevoelig zijn en twee keer zo veel moeten eten als hun buurman om niet in te vallen
  • bij parasitisme (wormen) en/of zand ophoping in de darmen
  • door gebitsproblemen (let op: een paard blijft dooreten maar kan het niet goed verteren)
  • door andere gezondheidsproblemen
  • etc.

Vroeger werd ouderdom gezien als een reden dat paarden afvallen. Tegenwoordig weten we dat het niet de ouderdom zelf is, maar het gebit dat vaker onderhouden moet worden, PPID of de behoefte aan een ander soort dieet. Met andere woorden: ‘ouderdom’ is geen excuus meer.

Een ouder paard dat met pensioen is kan niet goed spiermassa aanmaken, wat het erg belangrijk maakt om gewichtsverlies te voorkomen of op tijd tegen te gaan. Laat je paardenarts een passend dieet maken, het gebit behandelen en eventueel op PPID testen.

Behalve het gewicht, is ook de immuunfunctie een direct gevolg van voeding. De gevolgen van mineralen en vitaminen tekorten zijn in de meeste gevallen sluipend, en kunnen dus langere tijd onopgemerkt gaan. Er kunnen grotere problemen ontstaan, maar in andere gevallen gaat het om een ‘vaag’ probleem zoals vermoeidheid, oedeem, slechte vacht of slechte vruchtbaarheid. Goede voeding is nodig om sterke cellen te maken, schade te herstellen, verouderingsprocessen in het lichaam tegen te gaan en het immuunsysteem sterk te houden. Lees meer in het artikel over de ‘basis van een goed rantsoen’, en over ‘supplementen’ op onze website.

Wil jij het gewicht van je paard onder controle hebben?
In dit artikel kun je lezen hoe je met de Body Conditie Score het gewicht van je paard door alle seizoenen heen kan monitoren.

Waarom de Body Conditie Score (BCS)?

Met een weegschaal of gewicht-meetlint kun je zien of inschatten hoeveel je paard weegt. Dat is handig wanneer je jouw paard de juiste hoeveelheid ontworming wilt geven, maar wie weet precies welk gewicht jouw paard idealiter zou moeten hebben?

Is wat je hebt gemeten nou goed of te veel? Stel dat je weet dat je paard te dik is, hoeveel kg moet er dan af: 30kg, 45kg…? Wie zal het zeggen?

Met de BCS kun je bepalen hoeveel spier je paard heeft en hoeveel vetophoping je paard heeft, zodat je kunt bepalen of dat voldoende, te weinig of juist te veel is.

De BCS is makkelijk uit te voeren op elk moment en je hebt er geen apparatuur voor nodig, alleen je ogen en je handen.

Het dieet veranderd van tijd tot tijd (al is het maar dat de ene ruwvoer partij rijker is dan de andere). Ook de hoeveelheid arbeid die je met je paard doet veranderd (winter vs wedstrijdseizoen, wanneer je het druk hebt met een verhuizing of een nieuwe baan, tijdens herstel van een blessure, etc.). Doe daarom elke 6 weken een BCS om op tijd door te hebben wanneer er bijgestuurd moet worden. Zo voorkom je ook dat je blind wordt voor wat je ziet. Verandering vindt vaak zo langzaam plaats dat je went aan wat je ziet en eigenaren het vaak te laat door hebben.

Vet hoopt zich net als bij mensen op in de buikholte en onder de huid. Vetophoping in de buikholte wordt vaak pas opgemerkt wanneer het erg veel is geworden (wat een risico geeft op gesteeld-lipoom rond de darmen, en afknellings koliek… hallo spoed operatie…). Meestal wordt vet tegelijkertijd ook onder de huid afgezet, wat bij de BCS gelukkig duidelijk wordt.

Hoe doe ik een BCS?

Net als bij mensen hoopt vet zich vaak op bepaalde typische plekken op. Afhankelijk van het type lichaam is dat voor de één misschien meer op de buik en voor de ander juist de benen. Door alle voorkeurs lokaties te bekijken kunnen we toch komen tot een eindconclusie komen: goed (een perfecte 0), te dun (-) of te dik (+) *hier wordt de Bonpard schaalverdeling gebruikt, zie onderaan dit artikel*.

Voor het paard zijn er 6 plekken waar we met name aandacht aan besteden, maar eerst beginnen we met een globale scan voordat we in de details treden…zie de stappen 1 t/m 3.

Dierenartsenpraktijk Voorthuizen, Uddel en Garderen

Adres

Evertsenlaan 18

3781 TB Voorthuizen
0342-471316

© Dierenartsenpraktijk V.U.G.  | Ontwikkeld door Ikabus